WERELDBEKENDE KOFFIESOORT ARABICA IS MEER DAN 600.000 JAAR OUD (EN BESTAAT DUS AL VEEL LANGER DAN DE MODERNE MENS)

Koffie. Voor veel mensen is het zwarte goedje onontbeerlijk om wakker te worden of om wakker te blijven. Koffie bestaat in allerlei vormen, kleuren en smaken, maar de meeste liefhebbers verkiezen arabica-koffie. Die wordt gemaakt van bonen van de arabica-koffieplant (Coffea arabica) en heeft een zachte, relatief zoete en milde smaak. Het is de meest populaire koffie ter wereld: arabica vertegenwoordigt maar liefst 60 tot 70 procent van de wereldwijde koffieproductie.

Waar komt koffie vandaan?

Koffie - de drank - hebben we te danken aan de koffieplant, die vooral in tropische gebieden groeit. De kleine, harde vruchten van de plant bevatten een pit met bonen. Als ze rijp zijn, worden de vruchten geplukt en de bonen geoogst. De bonen hebben dan nog niet hun typische donkere kleur. Die krijgen ze bij het roosteren op hoge temperatuur, om ze langer te bewaren. De manier waarop ze geroosterd worden, heeft een invloed op de smaak. Koffie wordt vermalen of als losse bonen verkocht. In het laatste geval moet je ze zelf nog (laten) vermalen, al dan niet met behulp van een fancy koffiemachine.

Arabica is niet door mensen gecultiveerd

Wetenschappers zijn er nu in geslaagd om het referentiegenoom van de arabica-soort gedetailleerd te ontsluiten. Het genoom is de volledige set genen van een organisme, je kan het zien als een lijst instructies voor het bouwen en onderhouden van dat organisme. Op die manier konden ze meer licht werpen op de oorsprong van arabica als soort, waarover nog veel onduidelijkheid bestond.

Het blijkt te gaan om een natuurlijke kruising tussen twee andere koffiesoorten, Coffea canephora en Coffea eugeniodes in de bossen van Ethiopië. Dat gebeurde 610.000 tot 1 miljoen jaar geleden. Met andere woorden: de vermaarde arabica-koffieplant is geen door mensen gecreëerd organisme. Homo sapiens, de moderne mens, ontstond maar zo'n 300.000 jaar geleden. Lang voor de arabica-koffieplant op natuurlijke wijze zijn opwachting maakte, en lang voor de koffieteelt als economische activiteit ontstond.

"Accuraat beeld van de lange geschiedenis van arabica"

Om het referentiegenoom te ontcijferen, gebruikten wetenschappers de meest geavanceerde datawetenschap en DNA-sequencingtechnologie, waarmee genomen in kaart kunnen worden gebracht. Ze pasten die toe op de genomen van 39 bestaande, door mensen gecultiveerde arabica-variëteiten. Daarbij ook het genoom van een exemplaar van Coffea arabica die de Zweedse wetenschapper Carl Linnaeus in de 18e eeuw gebruikte om de soort zijn naam te geven.

Daarmee konden de wetenschappers "het referentiegenoom van de hoogste kwaliteit tot nu toe" creëren. "We hebben informatie van genomen van vandaag de dag levende planten gebruikt om terug te gaan in de tijd, en een zo accuraat mogelijk beeld te schetsen van de lange geschiedenis van arabica", zegt Victor Albert, een van de co-auteurs van het onderzoek.

De natuurlijke populatie van Coffea arabica nam gedurende duizenden jaren toe en af tijdens verschillende periodes van opwarming en afkoeling van de aarde. Uiteindelijk begonnen moderne mensen in Ethiopië en Jemen rond de 15e eeuw de plant te verbouwen voor de koffiebonen. Vervolgens verspreidde arabica zich over de hele wereld en ontstonden er verschillende, door de mens gecultiveerde variëteiten.

Klimaatverandering bedreigt de koffiebonen

Arabica blijkt een lage genetische diversiteit te hebben, de populatie is relatief klein. De soort is erg gevoelig voor ziekten en plagen en kan maar op een beperkt aantal locaties verbouwd worden. De klimaatomstandigheden moeten gunstig zijn: de plant groeit het best bij temperaturen tussen de 18 en 21 graden. Als het warmer is dan 23 graden, groeit hij te snel en wordt de vrucht te snel rijp, waardoor de bonen aan kwaliteit verliezen.

De klimaatverandering vormt een bedreiging voor Coffea arabica. Met hun onderzoek willen de wetenschappers bijdragen aan nieuwe inzichten om koffieplanten te veredelen. "Dat kan leiden tot de ontwikkeling van nieuwe variëteiten met verbeterde weerstand tegen klimaatverandering en ziekten en met nieuwe smaakkwaliteiten", zegt co-auteur Patrick Descombes.

Overigens is een van de twee "ouders" van arabica geen onbekende in koffieland. Coffea canephora staat voor de koffiesoort robusta. De bonen van die plant worden vaak gebruikt om oploskoffie van te maken. Koffie van robusta-bonen heeft een meer scherpe en bittere smaak. De soort is wel goed bestand tegen de belangrijkste plagen en ziekten van koffieplanten.

Meer lezen?

Salojärvi, J. et al. (2024, 15 april). The genome and population genomics of allopolyploid coffea arabica reveal the diversification history of modern coffee cultivars. Gepubliceerd in Nature Genetics.

2024-04-17T11:15:04Z dg43tfdfdgfd